Het hek is dicht, rood-witte linten schreeuwen een verbod. Ik vertraag mijn pas, ben in tijden van corona braver dan braaf, en neem de eerste de beste afslag in het Amsterdamse Bos. Dit pad neem ik zelden tot nooit. Ik bewonder de omgeving. Wat is het bos toch mooi. Dan een brug. Waar ben ik? Mijn richtingsgevoel is net zo goed als een vogel kan zwemmen in het water. De gemeentebordjes worden mijn houvast. De geitenboerderij. Die ken ik. Nog geen anderhalve kilometer later ben ik weer op bekend terrein.
Ik ren en ren. Zolang het nog kan. Hoor de wind in mijn oren suizen. Hoor vogels ouderwets kwetteren. Zie de zon boven de bomen schijnen. Het geraas van autobanden geeft me een geruststellend gevoel. Zolang auto’s nog rijden, vissers nog aan de Bosbaan zitten, starend naar een hengel, en zolang zuurstof nog met kracht door mijn longen stroomt, ren ik door. Alsof het een gewone dag is. Maar dat is het niet. Het is weer een coronadag. Ik word verrast door versperringen, neem andere afslagen. Verdwaal. En het voelt goed om de weg niet meer te kennen en me te laten verrassen. Verandering en variatie. In tijden van rust en regelmaat hunker ik ernaar als naar zon bij de zee.
Ga je mee verdwalen? Ik ken de weg. Zo’n vijftien jaar geleden schilderde ik deze (Loesje)tekst op een doek dat nu in onze slaapkamer hangt, geschilderd in een tijd waarin ik een vreemde afslag had genomen en geen idee had waar het me zou brengen. Ook dit jaar zullen er andere afslagen worden genomen; veranderingen, ze zijn er, klein of groot. Niemand, nee niemand zal na 2020 helemaal dezelfde zijn. Iedereen zal iets moeten verwerken, slikken, zich moeten aanpassen aan nieuwe omstandigheden. Voor sommigen zal het zijn alsof de wereld is vergaan, anderen zien de wereld opeens met andere ogen. Misschien verruimt het hun geest? Vaak maakt (een beetje) lijden ons krachtiger en sterker, is het goed om dingen vanuit een ander perspectief te zien.
Laten we gaan verdwalen.
We kennen de weg.
Binnen of buiten. Laten we gaan.
Jacobine van den Hoek
Jacobine schreef een debuutroman Zondebok.
Zondebok is te koop bij de lokale (online) boekhandel en ook als e-book en luisterboek.
Eerste pagina, Zondebok:
1542
Als demonen schieten de vlammen boven de menigte uit. Met een strak gezicht baant moeder zich een weg naar voren. Ze houdt Fyes hand zo stevig vast dat het pijn doet. Mensen om hen heen strekken reikhalzend hun nek. Moeder krijgt een duw, haar hand verliest grip en ze verdwijnt in de mensenmassa. Fye roept, maar haar stem gaat verloren in het opgewonden gejoel. Tussen vreemde armen en rompen zoekt ze naar moeders vertrouwde hand. Tevergeefs. Ze kijkt omhoog, zoekt haar gezicht. Nergens.
Comments