Als ik Pjotr Vreeswijk, schrijver van de actiethriller Masterplan ontmoet, weet ik nog niet wat voor een verfrissende schrijver hij is. In Café Zeta bestelt hij in een handomdraai een cappuccino, en voordat ik het weet zijn we druk in gesprek. Het is onmogelijk om je bij hem niet direct op je gemak te voelen. Zijn heerlijke plat Haagse accent werkt aanstekelijk, ons gesprek gaat alle kanten op en de tijd vliegt voorbij. Debuut Masterplan ‘Bij mij begon het schrijven met de midlifecrisis, een jaar of vier geleden. Ik zocht een doel, het werd schrijven. Gewoon gaan, zo heb ik het gedaan. Toen mijn boek bijna klaar was wilde ik het eigenlijk toch tussen twee kafjes zien te krijgen. Daarom heb ik mijn boek laten redigeren. Een flinke investering, maar het is het waard. En toen lag Masterplan in de winkel. Zo, dacht ik, nou ben ik er, de midlifecrisis is voorbij. Maar goed, wat blijkt. Eén boek is eigenlijk geen boek. Op één poot kun je ook niet lopen, nietwaar. Eigenlijk begint je schrijvers-cv vanaf je tweede boek pas een beetje vorm te krijgen.’
Verwerking
‘Ik kom veel van mezelf tegen in mijn boek, terwijl dat nooit de bedoeling is geweest. De Alex in Masterplan lijkt erg veel op mij. Automatisch gebruik je veel elementen uit je eigen leven, uit je jeugd. Dat is ook logisch, iedereen schrijft vanuit zijn eigen referentiekader.’ Egoïstisch ‘De basis van het schrijven ligt thuis. Daar ben ik wel achter gekomen. Ik kan de bloemen wel buiten zetten, maar als ik geen goede basis heb, wordt het moeilijk om werk én schrijven te combineren. Zonder mijn meissie lukt het niet om veel tijd voor mezelf te claimen. Wat dat betreft ben ik egoïstisch,’ zegt Pjotr met guitige oogopslag en ik begrijp meteen waarom zijn vriendin het hem vergeeft. ‘Is niet elke schrijver een beetje egoïstisch?’ vraag ik hem. ‘Ja,’ beaamt hij, ‘het kan niet anders. Als ik niet afdwing dat ik nú wil tikken, dan komt het er niet van.’ Tweede boek ‘Mijn tweede manuscript is af. Eng vind ik het niet. Ik ben ervan overtuigd dat het goed is, het is weer een boek dat ík leuk vind om te lezen. Persoonlijk hè! Dat andere mensen dat achteraf ook vinden, is hartstikke goed, maar daar denk je niet aan als je schrijft.’
Taal ‘Heb je iets gedaan om je kennis op het gebied van taal bij te spijkeren?’ vraag ik Pjotr. ‘Nee?’ reageert Pjotr verbaasd. ‘Daar heb ik toch een redacteur voor? Ik moet eerlijk zijn, ik lees niet veel, zeker niet als ik met mijn hoofd in mijn eigen boek zit. Soms lees ik in bed, maar dat lukt me niet langer dan vijf minuten, daarna val ik in slaap.’ Recensies ‘Ik lees elke recensie. Dat is soms best eng, al die mensen die een mening hebben. Maar er zijn ook lezers die gewoon fan zijn van míjn boek.’ Verbazing is in zijn ogen te lezen. Met enthousiasme vertelt hij dat lezers hem op lezersevenementen van alles vragen. ‘En ze willen met mij op de foto. Supergrappig. Dat maak ik allemaal mee. Alsof ik een BN’er ben.’ Prijzen ‘Mijn uitgeverij LetterRijn doet het erg goed, dat mag best gezegd worden. Een behoorlijk aantal boeken is genomineerd voor prijzen zoals de schaduwprijs, de Hebban debuutprijs, etc. Met Masterplan heb ik de Thrillzone award gewonnen voor het beste thrillerdebuut thriller 2016. Superleuk als mensen denken: Fock hé, dit wil ik lezen.’ Social Media ‘Ik ben heel dik in social media gaan zitten. Het is leuk om zo mensen te leren kennen. Berichten deel ik meestal via mijn persoonlijke account omdat ik heb gemerkt dat mensen het leuk vinden om vriend te zijn en een duimpje te sturen. Als ik een bericht naar een auteur stuur en ik hoor niets meer van hem, vind ik daar ook geen reet aan. Dan denk ik, joh, pleur lekker op.
Als debutant is het focking moeilijk om boeken te verkopen. Je moet zelf veel aan promotie doen. Eerst via de mensen om je heen, de eerste ring, zij zijn focking belangrijk. Ik zeg nu bijna 3x focking, maar het is echt zo, want zij kopen je boeken. Daarna probeer je de tweede en derde ring te bereiken.’ Actiethrillers ‘In de krant las ik dat het zo jammer is dat er weinig Nederlandse auteurs zijn die actiethrillers schrijven. Daar ben ik het natuurlijk helemaal niet mee eens, ik ben er. En er zijn nog een paar anderen, Ad van de Lisdonk en Bart-Jan Kazemier bijvoorbeeld. Het is belangrijk dat mensen weten dat we er zijn.’ Doorknoerten ‘Schrijven, het is gewoon doorknoerten. Gewoon gaan! Het verhaal dat er van de 180.000 manuscripten per jaar 1% wordt uitgegeven is waar. En dan is 1% al veel hoor. Je moet knokken om je hoofd boven water te houden. Het is hard werken en de tijd vliegt, want naast randzaken als columns schrijven wil ik ook biertjes drinken met mijn vrienden, een bakkie doen met mijn meissie en leuke dingen doen met mijn kinderen. Daarnaast moet er ook nog even een boek geschreven worden.’ Visie ‘Naast schrijven, het zweverige element, is zakelijkheid minstens zo belangrijk. Als je niet bezig bent met netwerken en social media kun je het shaken. Want, eerlijk, niemand is geïnteresseerd in jouw verhaal. Over alles moet je nadenken. Je moet niet de kunstenaar uit willen hangen. Om te slagen heb je visie nodig.’ Zoals de meeste schrijvers intussen wel weten als ze met mij in gesprek gaan sluiten we af met een vlogje waarin Pjotr soepel en met humor drie tips aan debutanten geeft. De boekenwereld wil het schrijversvak weer sexy maken. Nou, ik zou zeggen, zet Pjotr Vreeswijk op een voetstuk en laat de rock-‘n-roll beginnen. Jacobine van den Hoek Volg Pjotr Vreeswijk op Facebook of Twitter. Volg Jacobine van den Hoek / Boekenwereld op Facebook of Twitter
(Eerste foto is gemaakt door Jill Blackstone)