top of page
  • Foto van schrijverJacobine van den Hoek

Uit

Met mijn ene hand woel ik met mijn vingers door mijn haar, met de ander zet ik de föhn erop. Zorgvuldig duw ik het naar één kant waar het, als ik klaar ben, soepel langs mijn oor moet gaan vallen. Dus niet voor mijn gezicht, daar heb ik een hekel aan. En ook wil ik geen krullen bovenop mijn hoofd, terwijl het langs de zijkant van mijn gezicht slap naar beneden hangt. Dan ben ik een schaap.


Voorzichtig teken ik een zwart lijntje met mijn eyeliner boven mijn ooglid en bedek mijn toch al donkere wimpers met een laagje mascara. Extra volume beloven ze. En dat wil ik wel. Tot slot zijn mijn lippen aan de beurt. Soms doe ik een lijntje rondom mijn lippen om ze daarna in te kleuren. Ze lijken dan voller, vind ik zelf. Handig, want dan hoef ik geen fillers, die weiger ik namelijk in te laten spuiten, hoewel het best mooi zou zijn als die operatiestiksel boven mijn lip onzichtbaar zouden zijn. Voor de spiegel tuit ik mijn lippen als een puber, ik bekijk het resultaat en ben tevreden. Ik kan gaan.


Ik kijk op mijn horloge. Alle tijd. Rustig neem ik nog een glas thee, plaats een selfie op de socials waarin ik met mijn gezichtsuitdrukking toon hoe ongeïnspireerd ik ben om een column over Amstelveen te schrijven. Waar moet die overgaan? Slecht nieuws ben ik zat. Dan blijft er weinig over. Het leukste bericht dat ik vandaag tegenkwam ging over de koe op de rotonde ‘Gondel’, ze is weer feestelijk verlicht door Margreet. Heldin. Net als andere bewoners die Amstelveen nu vrolijk verlichten. Maar om daar nu een hele column over te schrijven?


Als mijn thee op is en ik de eerste reacties op mijn Facebookpost al zie verschijnen trek ik mijn jas aan. Het is tijd om te gaan. Ik heb er zin in. Met een omweg, wat normaal is voor mensen met mijn richtingsgevoel, kom ik aan op de plek van mijn bestemming. In de garage hoor ik de kerstliedjes al. Ik neem de trap naar boven, ga naar rechts en daar zie ik hem staan: de kerstslee. En daarin wacht hij, op mij.


Dat laatste verzin ik. Uiteraard. Ik loop nog wat rond op het Gelderlandplein en verlaat na een half uurtje het winkelcentrum met een volle boodschappentas. Ik ben tevreden, ben er toch even uit geweest.


Jacobine van den Hoek


Van den Hoek is columnist, tekstschrijver en schreef haar debuutroman Zondebok.



Comentários


bottom of page