‘Hoe kun je dat nu zeggen?’ Meestal werd er gelachen als ik er weer eens compleet naast zat. Dan had ik maar een halve zin gehoord en wilde ik enthousiast meepraten. Wat ik zei paste niet bij het gesprek of was simpelweg onjuist. Vroeger werd ik regelmatig geconfronteerd met de onjuistheid van mijn gedachten en ik leerde mezelf aan om elke fout vrolijk weg te lachen. Wie maakt zich druk om de waarheid? Bovendien kwam ik erachter dat de waarheid relatief is. De waarheid van mijn ouders kwam niet altijd overeen met die van mij. Dat geldt nog steeds. Mijn overtuiging wordt met regelmaat met verontwaardiging onderuitgehaald door onze zoon. Soms leidt dat tot ruzie, maar zoals eerder geschreven is ‘loslaten’ nu het toverwoord.
Steeds vaker valt het me op of hoor ik van anderen dat mensen nauwelijks buitenkomen. In mijn omgeving, in het ‘rijke Amstelveen’, kan ik op verschillende plekken bewoners aanwijzen die niet of nauwelijks buitenkomen. Wanneer zo’n persoon wordt besproken volgt vaak de toevoeging: hij of zij is wél mega intelligent. Vroeger was ik dan onder de indruk. Ik wilde ook intelligent of hoogbegaafd zijn. Het leek me heerlijk om overal het antwoord op te weten. Tegenwoordig haal ik mijn schouders op. Is intelligentie wel de heilige graal?
Vroeger kende ik iemand die vrijwel altijd gelijk had. Wat voor een onderwerp ook ter sprake kwam, hij wist er iets van. Ik niet. Ik wist slechts van zaken die mij interesseerde. Van al het andere wist ik een beetje. Of helemaal niets. Die informatie sloeg ik simpelweg niet op. Geen ruimte voor. Beiden zaten we op de Heao. Met hard studeren slaagde ik. Hij had nooit geleerd te studeren, las alles slechts één keer door en dan was het opgeslagen. Toen kwamen de examens. Hij kwam niet, bang om te falen. Zonder diploma ging hij aan het werk.
Hoe zou het zijn om gewend te zijn aan: ik heb altijd gelijk? Dan zijn zwaarmoedige gedachten beangstigend. Ze zijn immers waar! De ‘altijd gelijk-mensen’ hebben geen ingebakken relativisme zoals ik me die eigen heb gemaakt door de vele fouten en de oerstomme dingen die ik ooit heb uitgekraamd. Een fout komt voor hen extra hard aan. Net als zakken voor een examen. Sommigen ‘altijd gelijk-mensen’ blijven liever binnen, bang om te falen en voor de buitenwereld. Ze worden kluizenaar. Maar hebben deze slimmeriken écht gelijk? Wat is waar?
Jacobine
Jacobine schrijft historische fictie. Haar derde boek, Madame, is nu te koop. Madame is het wonderlijke en op waarheid gebaseerde verhaal over Marie Grosholtz. Later werd ze bekend als de naamgever van het wassenbeeldenmusea Madame Tussauds. Een boek over passie, eigenheid, ambitie en liefde.
Madame is hier te reserveren.
'Een fascinerend en spannend portret van een oersterke vrouw. Het verhaal boeit en inspireert tot de laatste bladzijde.'
Maaike Rienks, Boekhandel Libris Venstra
Eerder verscheen De roos van Napoleon en Zondebok.
Kommentare