top of page
  • Foto van schrijverJacobine van den Hoek

Vrolijke feestdagen


Lichtjes schitteren tussen de bomen. Duizenden sterretjes hangen boven de Rembrandtweg. Ze leiden me naar het stadshart van Amstelveen. Surprises? Bijna klaar. Kerstinkopen? Waar moet ik beginnen? Het regenboogkleurige zebrapad zie ik niet, net zo min als het Dickensachtig tafereel, verderop. Mijn kinderen wel. Ze rennen erop af. De hoge stem van Michael Jackson zingt vol lof over Christmas. Met zijn hoge stem, nog jong, vrolijk en springlevend, lukt het hem mijn sinterklaasstress te verdrijven.

In het overdekt winkelcentrum volg ik een treintje naar het Buitenplein. Gelukzalig leunt een meisje met haar duim in de mond tegen haar oma. Ze veert alleen even op als het kersttreintje langs de Jamin rijdt, het kleurige snoepgoed lacht haar toe. Mensen kletsen, een echtpaar loopt me gearmd voorbij. Sinds de sluiting van de V&D is het kil en doods op het Buitenplein, maar nu oogt het levendig en liefelijk. Achter de rijk verlichte oliebollenkraam begint de vrijdagmarkt. Met marktkaas in mijn tas baan ik me een weg langs de kraampjes, alsof ik op een buitenlandse markt loop. Ik onderdruk de neiging om bij elke kraam stil te staan. Het is al donker, de meeste marktmensen ruimen al op. ‘De zegen komt van boven,’ roept een koopman als er bij het afbreken van de kraam iets naar beneden valt. Mensen lachen. In een sfeer als deze, vergeten marktkoopmannen te mopperen. Ze slaan elkaar op de schouder en helpen elkaar bij het afbreken. Wie zegt dat de ijsbaan op ‘hun plekkie’ een verkeerd initiatief is, weet intussen wel beter. Met een volle tas vind ik mijn kinderen daar op oranje schaatsjes. Lachend duwen ze roodbestrikte pinguïns over het ijs. Als ze mij zien aankomen glijden ze naar de rand. ‘Wat schaatsen jullie goed!’ roep ik hen bemoedigend toe als ze zwaaiend met hun armen evenwicht zoeken. Ik app onze puber om te vragen of hij met ons wil eten. Vandaag is koken echt te veel gevraagd. ‘Jaa. Maar moet ff me telefoon opladen,’ antwoordt hij. Als ik hem app zonder telefoon te komen antwoordt hij: ‘Srry. Dat is onmogelijk. Voor een puber.’ Op een hoge kruk en met een glas glühwein in de hand, neem ik de tijd en laat het restje stress dat nog in mijn lijf zit van me afglijden. Voor de vijfde keer rent een vader voorbij, hij duwt tegen de oranje zeehond waarop zijn kindje zit. Twee pubermeisjes draaien pirouetjes. Achter mij heeft een aantal mensen veel plezier. ‘Winter Village’, lees ik op een doek, wordt een traditie. Mijn zegen heb je. Het is een avond zoals Dickens het had kunnen bedenken. Volg mij op Facebook of Twitter

bottom of page