top of page
  • Foto van schrijverJacobine van den Hoek

Akte van Amstelveen


Met samengeknepen ogen tegen de zon kijkt Coen van Oosterwijck over de landerijen. Het is eindelijk gelukt. Als zijn vader nog zou leven zou hij trots op hem zijn geweest. Zijn blik glijdt over de boerderijen voor hem - het moeten er ongeveer dertig zijn - en hij kan een glimlach niet onderdrukken. Dit is nog maar het begin, denkt hij. Zijn vader wist vermogen op te bouwen door zich in het harnas te hijsen, maar hij zal aantonen dat het ook anders kan. Als het hem lukt om Amstelveen te mogen besturen, zal hij zich Heer van Nieuwer-Amstel noemen. Hij zal regeren als een rechtvaardig man. De inwoners van de houten huizen zal hij beschermen en hij zal rechtspreken als dat nodig is. De boeren zullen hem dankbaar zijn en hem de beschuldigde tol met liefde betalen, daarvan is hij overtuigd.


Morgen zal hij Graaf Aelbrecht van Beieren ontmoeten, de derde zoon van de Duitse keizer Lodewijk de Beier. Bij het idee dat hij zo’n machtig man de hand zal schudden staat het zweet al op zijn rug. Maar niemand zal zijn onzekerheid opmerken. Dat is zijn kracht. Door zijn mooiste mantel aan te trekken en zijn innemende glimlach te tonen zullen ze hem vertrouwen, zoals de leden van het vroedschap in Leiden hem ook vertrouwden. Dankzij hén is het gelukt om tot deze regeling te komen. Het heeft hem 3100 schilden gekost, maar daarmee zal hij de ambachtsheerlijkheid van Amstelveen verkrijgen. De Fraaf van Holland en Zeeland, Henegouwen en hertog van Beieren-Straubing, is kleiner dan Coen denkt. Eerder zag hij hem op een tekening, groots en imposant. Maar zonder de gewaden en mantels is Graaf Aelbrecht van Beieren bijna iel te noemen. Toch is zijn handdruk stevig en zijn ogen staan scherp. Waakzaam.

Coen realiseert zich dat hij pas ambachtsheer zal zijn, nadat de inkt op het perkament van geitenhuid is opgedroogd. Pas dan zal hij mogen besturen in Amstelveen en kan de Graaf zich niet meer bedenken.

Een zucht van opluchting ontsnapt aan Coens lippen als Aelbrecht zijn ganzenveer optilt en het pennenmesje aan de veer het perkament heeft geraakt. Het akkoord is vastgelegd. Kijk je toe, vader? ie je dat ik echt wel iets kan? Wacht maar af, ik zal over meer mensen regeren dan jij ooit hebt gedacht. Ik zal nog rijker worden en Amstelveen en veel andere landerijen verder ontwikkelen door de juiste relaties aan te gaan. Niet door te vechten, maar gewoon door te praten met edellieden.

Rijke burgers nodig ik uit op mijn landgoed aan de Amstel, en dat werkt vader. Kijk maar.

Zal de ondertekening van de akte van Amstelveen (toen nog Amstelreveen) in het jaar 1399 zo zijn verlopen? Ik stel het me voor als ik bij het perkamenten document sta dat vanaf nu ieder jaar in museum Jan van der Togt te zien zal zijn op 25 mei, de dag van de “geboorte” van Amstelveen. Deze column is geplaatst in het Amstelveens Nieuwsblad Volg Jacobine van den Hoek op Facebook of Twitter

bottom of page